Pesten, hoe help je je kind?

Om aandacht te vragen voor het voorkomen en bestrijden van pesten op scholen, wordt in het begin van het schooljaar een ‘Week tegen pesten’ gehouden. Dit jaar is het van 19 tot 23 september. Het is mooi dat er aandacht aan wordt besteed op scholen. Ook thuis wordt dit onderwerp misschien wel besproken, of juist niet terwijl je dat wel graag zou willen. Sommige kinderen zijn heel open naar hun ouders en willen wel over dit onderwerp praten. Maar er zijn ook kinderen die er juist niet over (willen) praten. Ook dat is voor veel ouders herkenbaar en heel lastig.

Vaak wordt er gesproken over drie groepen: het gepeste kind (doelwit), de pester en de meelopers (kijkers). Elk kind kan, binnen de groep waar hij of zij zich bevindt, invloed hebben op de mate van pesten.

Ik ga er van uit dat de pester zelf ook niet gelukkig is met het feit dat hij/zij pest. Dit gedrag is ontstaan en het is moeilijk uit die rol te komen. Als je kind andere kinderen pest probeer er dan achter te komen waarom hij/zij dat doet? Heeft het te maken met erbij willen horen, bang zelf gepest te worden, of uit onzekerheid. Wanneer je daar achter bent kun je er iets aan gaan doen. Belangrijk is het om je kind niet af te keuren, je mag wel het gedrag afkeuren. Vertel je kind duidelijk dat pesten niet kan en mag en dat het moet stoppen. Laat je kind weten dat het anders kan en dat jullie daar naar gaan zoeken. Praat over het verschil tussen pesten en plagen. Ook over de invloed die het kan hebben op de ander. Door open en eerlijk te spreken en het kind gedragsalternatieven aan te bieden kan er verandering plaatsvinden. Het belonen van gewenst gedrag is erg belangrijk en een goede samenwerking met school onvermijdelijk.

Het gepeste kind kan door middel van houding en weerbaarheid veel meer doen dan het zelf vaak denkt. Luister eerst naar je kind en neem de tijd voor dit onderwerp. Soms gaat een gesprek beter tijdens het uitlaten van de hond of wanneer je kind jou helpt met een klusje. Dan hoef je elkaar niet aan te kijken en gaat het praten soms makkelijker. Geef je kind het gevoel dat het onacceptabel is wat er gebeurt en dat je het heel naar voor hem/haar is. Benadruk dat de schuld niet bij hem of haar ligt. Bedenk samen wat er nodig is om dit te stoppen en bespreek dit ook met school.  De steun van ouders en school is erg belangrijk. Daarnaast mag het kind leren voor zichzelf op te komen.  Oefen thuis met je kind hoe je stevig staat, welke houding zelfverzekerd overkomt, hoe je een duidelijk stemgeluid hebt en hoe je voor jezelf op kan komen. Moedig je kind aan om te proberen het eerst zelf op te lossen. Dit kan je kind doen door duidelijk te zeggen dat hij/zij het niet leuk vindt en dat het moet stoppen. Het heeft geen zin dit heel vaak te zeggen, twee keer duidelijk zeggen is genoeg, gaat het dan nog door dan is het belangrijk dat je kind hulp zoekt bij bijvoorbeeld de leerkracht. Doe het voor en oefen samen. Geef je kind vertrouwen om dit ook in de praktijk te gaan brengen.  Leg ook uit dat niet reageren en aandacht geven aan de pester soms ook voor verbetering kan zorgen. Bespreek in welke situaties dat kan helpen. Praat over de (soms kleine) positieve stapjes die je kind maakt en deel en geniet samen van de successen.

Wanneer je kind niet zelf pest of gepest wordt kan het toch last hebben dat het gebeurd in zijn/haar omgeving of klas. Ook deze kinderen hebben meer invloed dan ze denken. Praat met je kind over het onderwerp en bedenk samen hoe je kind toch invloed kan hebben. Welke relatie heeft je kind tot het gepeste of pestende kind. De ‘kijkers’ hebben veel invloed en wanneer zij dit positief beïnvloeden wordt de sfeer in de klas ook veel beter.

In het schooltv-weekjournaal is een paar jaar terug ook aandacht besteed aan deze drie groepen. De filmpjes kun je op de site vinden. Door samen de filmpjes te kijken raak je misschien makkelijker in gesprek. Ook kan je de juf of meester tippen op deze filmpjes, wie weet hebben ze er in de klas wat aan.

Veel succes! Want ook als ouder heb je meer invloed dan je soms denkt!!

De filmpjes kan je vinden onder Interessant of door HIER te klikken.

 

6 tips om weer in het ritme van het nieuwe schooljaar te komen

Komende maandag beginnen veel kinderen  aan het nieuwe schooljaar.
Sommige ouders kijken uit naar het schoolritme en anderen zien er tegen op. Ook kinderen denken er verschillend over. Er zijn kinderen die niet kunnen wachten en hebben zin in het nieuwe jaar, maar er zijn ook veel kinderen die het spannend vinden, slecht slapen en er buikpijn van krijgen.
Hoe het bij jullie thuis ook is, het zal hoe dan ook weer wennen worden voor iedereen.

Hierbij een paar tips om de overgang iets makkelijker te maken:

1. Spanning hoort erbij
Het geeft niet als je kind het spannend vindt om weer naar school te gaan, dit is heel normaal. Nieuwe dingen zijn altijd spannend. Als je begripvol bent en uitlegt dat de spanning erbij hoort leert je kind hiermee om te gaan. Benoem bijvoorbeeld dat slechter slapen en buikpijn bij een spannend gevoel horen. Het is mooi om dit me je kind te bespreken, zo kan je hem of haar begeleiden in deze nieuwe stap. Maak het niet groter dan het is en benader het zo normaal mogelijk maar bagatelliseer het ook niet.

2. Bereid je voor
Het scheelt veel gestress en gedoe als je niet op maandagochtend nog de schooltassen, luizenzakken, broodbakjes, bekers, ect moet zoeken. Na de vakantie zal het op tijd klaar zijn iets meer moeite kosten. Je kan de spullen de dag of avond ervoor vast klaarleggen. Door dit samen met je kind te doen leef je samen naar de volgende en eerste schooldag toe. Bedenk dus zondag al wat je maandag allemaal nodig hebt.

3. Sta op tijd op
Na een periode waarin tijden iets minder belangrijk waren is het wennen weer op tijd klaar te moeten zijn. Door iets eerder op te staan dan je op schooldagen gewend was geef je jezelf en de kinderen de ruimte hieraan te wennen. Een kwartiertje extra kan dan veel uitmaken.

4. Schermpje als beloning
In veel gezinnen mag voor schooltijd de tv nog even aan of mogen kinderen nog even op een tablet. Helaas zorgt deze afleiding er niet altijd voor dat iedereen op tijd klaar is. Je kan met je kind afspreken dat wanneer hij helemaal klaar is (dus gegeten, tandengepoetst, haren gekamd, schoenen aan, tas klaar ect) en er is tijd over er dan nog tijd is voor een schermpje. Dit is vaak een mooie motivatie en beloning en geeft jou als ouder nog even de rust om de laatste dingen te doen. Spreek wel duidelijk af tot hoe laat dit kan (en kondig dit 5 minuutjes van tevoren nog een keer aan) zodat je op je gemak naar school kan gaan.

5. Volg je kind wanneer het wil vertellen over de dag
Wat zijn we benieuwd hoe die eerste dagen op school zij geweest. Er zijn kinderen die meteen honderduit praten als ze uit school komen wat natuurlijk heel leuk is. Maar de meeste kinderen zijn niet direct zo spraakzaam en zeggen alleen ‘goed’ als je vraagt hoe het was. Probeer aan te sluiten bij wat bij je kind past. Misschien kiest hij liever een ander moment om te vertellen wat het heeft meegemaakt. Er zijn kinderen die eerst weer even thuis moeten spelen en de informatie van de dag moeten verwerken.
Wie weet vindt jouw kind het fijner om te kletsen tijdens het koken, de hond uit laten, tijdens het eten, douchen of bij het naar bed gaan. Probeer te ontdekken wanneer het voor jouw kind het prettigst is. Elk kind vindt het fijn om een oprecht betrokken en geïnteresseerde ouder te hebben. Maar de timing doet wonderen.

6. Neem de tijd om te wennen
Als je van tevoren er rekening mee houdt dat jullie allemaal moeten wennen om weer in het ritme te komen en dit ook benoemd; geeft dat een gezamenlijk doel in jullie gezin en ben je niet teleurgesteld als niet alles meteen vlekkeloos verloopt.

Kinderen kunnen dit de eerste week ook in hun gedrag laten merken. Ze kunnen wat moe of geïrriteerd zijn of juist super enthousiast om weer allerlei speelafspraken te maken. Jij weet het beste wat je kind nodig heeft; durf hiernaar te handelen. Als jij denkt dat meerdere keren spelen in de week te veel is dan mag je dat gerust begrenzen. Door goed te kijken naar wat je kind nodig heeft, leer je hem ook goed voor zichzelf te zorgen en dit is een waardevolle les voor later.

Ik wens jullie een goede start van het nieuwe schooljaar!